previous article in this issue | next article in this issue |
Preview first page |
Document Details : Title: Sociaal Kapitaal Author(s): VAN LIEDEKERKE, Luc Journal: Ethische Perspectieven Volume: 10 Issue: 4 Date: december 2000 Pages: 264-270 DOI: 10.2143/EPN.10.4.504079 Abstract : Hoe verklaar je de verschillen in performatie van de regionale overheden in Italië? Hebben de Amerikanen het vertrouwen in elkaar verloren en wat zijn de gevolgen daarvan? Wat drijft het economische succes en falen van verschillende landen? Hoe kan je primaire bancaire activiteiten voor lokale gemeenschappen, beter bekend als micro-financiering, opstarten in ontwikkelingslanden? Voor het antwoord op al deze en nog vele andere vragen wordt de laatste jaren het begrip `sociaal kapitaal' gehanteerd. Toen Robert Putnam in 1993 zijn Making Democracy Work publiceerde, was hij er zich wellicht niet van bewust dat dit concept zou uitgroeien tot een attractor van de meest diverse vormen van sociaal onderzoek. Het eerder breed, soms erg vaag gedefinieerd begrip `sociaal kapitaal' verwijst naar: —de aanwezigheid van (veralgemeend) vertrouwen in medeburgers, —het hanteren van normen van wederkerigheid en —het bestaan van (formele) netwerken binnen een samenleving. Een samenleving rijk aan sociaal kapitaal zal zowel florerende politieke instellingen kennen als gezonde economische groei. Het sociaal kapitaal vergemakkelijkt immers de samenwerking tussen burgers en dit resulteert in een virtuous circle die leidt tot versnelde groei en een florerende democratie. Omgekeerd zal de afwezigheid van sociaal kapitaal wegen op alle maatschappelijke aspecten en zal de vicious circle die hieruit ontstaat de ontwikkeling van regio's of landen belemmeren. Putnams schoolvoorbeeld is de tegenstelling tussen Noord en Zuid-Italië. Vanaf 1970 krijgen de regio's in Italië een grotere autonomie, en daarbij is het opvallend hoe sommige van die nieuwe regionale overheden het relatief goed doen, terwijl andere regeringen ten onder gaan aan inefficiëntie, cliëntelisme en lethargie. Putnam volgde dit fenomeen over een periode van twintig jaar en kwam tot de constatatie dat de verschillen in performatie terug te voeren zijn op verschillen in de aanwezigheid van `sociaal kapitaal'. |
|