previous article in this issue | next article in this issue |
Preview first page |
Document Details : Title: Stukken van teksten Subtitle: Beschouwingen bij Marita Mathijsens handboek editiewetenschap Author(s): LEIJNSE, E. Journal: Spiegel der Letteren Volume: 37 Issue: 4 Date: 1995 Pages: 256-269 DOI: 10.2143/SDL.37.4.2003878 Abstract : Elk rechtgeaard tekstgeneticus moet een steek in het hart voelen bij het lezen van een aantekening als deze: „Ik heb steeds een schriftje op zak waarvan ik de beschreven bladzijden, nadat ik ze heb overgeschreven in mijn cahiers voor poëzie of in dit dagboek, systematisch weggooi. Als het schriftje volgeschreven is, staat er niets meer in, zoals een boek na lezing uit is, leeggelezen.” Aan het woord is dichter en beroepstobber Leonard Nolens, die ons in zijn bijzonder authentiek overkomende dagboekaantekeningen Stukken van mensen af en toe een blik gunt in de genese van zijn eigen teksten. Het dagboek had even goed Stukken van teksten kunnen heten, het is op een programmatische manier fragmentarisch. De vraag die men zich kan stellen is, of een tekstonderzoeker/- bezorger deze „stukken van teksten” naar de letter mag lezen en ze met gezag zou mogen gebruiken in bijvoorbeeld de nog te realiseren historisch-kritische uitgave van Nolens’ dichtwerk. Hoe betrouwbaar is een auteur die zijn eigen keuken voor het publiek openzet? |
|