previous article in this issue | next article in this issue |
Preview first page |
Document Details : Title: Lachen en treuren in de ethiek Author(s): ZWART, Hub Journal: Ethische Perspectieven Volume: 7 Issue: 3-4 Date: Oktober-December 1997 Pages: 165-170 DOI: 10.2143/EPN.7.3.563158 Abstract : Bij nader inzien blijkt het verband tussen humor en ethiek oeroud. Misverstanden dienaangaande hangen vermoedelijk samen met het feit dat er sinds mensenheugenis twee ethische genres naast elkaar bestaan. Enerzijds de ethiek als een ernstig, academisch genre waarin doorgaans (in abstracte termen en op verheven toon) een klaagzang op de actualiteit ten beste wordt gegeven. Daarnaast is er echter een tweede genre, de traditie van het moralisme. De betreffende auteurs blinken uit in scherpzinnige observaties en geestige notities, aangeduid als ‘maximen’ of ‘aforismen’. Bekende vertegenwoordigers zijn La Rochefoucauld, Lichtenberg en Nietzsche. In de middeleeuwen stond deze traditie te boek als la gaya sienza, de vrolijke wetenschap. Het opvallende is dat beide genres teruggaan op een en dezelfde filosofische gestalte, namelijk Socrates. De grondvester van de filosofie was een komiek, de Socratische dialoog moet tot de komische genres worden gerekend (al zijn vertalers nogal eens geneigd de tekst ernstiger, plechtstatiger en technischer te maken dan hij eigenlijk is). |
|