previous article in this issue | next article in this issue |
Preview first page |
Document Details : Title: De opmars van het concept duurzaamheid Subtitle: Een historische en theologische analyse Author(s): VAN DE VEN, Johannes Journal: Ethische Perspectieven Volume: 13 Issue: 1-2 Date: maart en juni 2003 Pages: 70-83 DOI: 10.2143/EPN.13.1.504180 Abstract : Weinig begrippen zijn de laatste tijd populairder dan ‘duurzaamheid’. Multinationale ondernemingen beschikken tegenwoordig zelfs over een ethics office en ethics officers die naast het strikt naleven van gedragscodes ook over een duurzaam imago van het bedrijf waken. Het concept duurzaamheid is gemeengoed geworden in het economische en ecologische debat en begint zelfs een modieuze politieke term te worden. Optimisten beschouwen de doorbraak van de notie duurzaamheid als een Kuhniaanse paradigmaverschuiving waarin harmonieuze biodiversiteit en sociale gerechtigheid de richtsnoeren worden voor de toekomst. Pessimisten interpreteren het fenomeen als een rookgordijn en wijzen ons erop dat de begrippen duurzaam en ontwikkeling ten onrechte samengevoegd worden om onszelf een warm gevoel van binnen te bezorgen en de schaamte over de milieu- en ontwikkelingsproblematiek te overwinnen. In dit artikel tracht ik de complexiteit van het concept duurzaamheid in kaart te brengen. Allereerst zal ik de historische achtergronden van de opkomst van het begrip analyseren. Vervolgens plaats ik het concept in een theologisch perspectief voor een confrontatie met het bijbelse begrip rentmeesterschap. Mijn analyse richt zich primair op de officiële kerkdocumenten van het Vaticaan en de Wereldraad der Kerken. Ten slotte geef ik een overzicht van verschillende sociologische studies die de relatie tussen een duurzaamheidsbesef en religieuze beleving hebben geanalyseerd. |
|