next article in this issue |
Preview first page |
Document Details : Title: Religie Subtitle: Het trauma van de moderniteit Author(s): WELTEN, Ruud Journal: Tijdschrift voor Theologie Volume: 56 Issue: 4 Date: 2016 Pages: 301-313 DOI: 10.2143/TVT.56.4.3197417 Abstract : Ooit was er een tijd waarin het leven werd beheerst door religie. Gelukkig is deze tijd voor een groot deel van de wereldbevolking voorbij. Wetenschap en democratie hebben de mens volwassen gemaakt en verlost van mythes en bijgeloof. Religieuze onzekerheid waarin de mens is aangewezen op geloof heeft plaatsgemaakt voor wetenschappelijke zekerheid. Gods autoritaire macht is geweken voor democratie. Het enige dat nog hoeft te gebeuren, is dat ‘andere religies’ ook een verlichting meemaken: het is wachten op hun Voltaire en Nietzsche. In onze wereld klinkt het woord ‘openbaring’ als een echo uit een archaïsch verleden. Openbaring zou betekenen dat mensen zich aan een of andere godheid onderwerpen in plaats van zelf verantwoordelijkheid te nemen voor hun handelen. Gelukkig biedt het hedendaagse humanisme een alternatief: een beroep doen op zoiets als religieuze openbaring geeft namelijk vrij spel aan hen die de humaniteit onderdompelen in terreur. Wie zich vandaag in onze samenleving beroept op openbaring en er ook nog eens naar handelt, kan rekenen op een classificatie volgens DSM -5 of op een plaats op de internationale lijst van terreurverdachten. De moderniteit heeft openbaring afgezworen. Het licht van openbaring is gedoofd. Eerst deed het zich voor als achterhaald, toen als belachelijk. Vandaag is openbaring ronduit gevaarlijk. Dus: weg ermee! In this essay – originally an inaugural lecture on occasion of the acceptance of a special chair for the Thomas More Foundation at the Faculty of Philosophy of the Erasmus University of Rotterdam – Ruud Welten asks whether our humanity can survive without revelation. If the word revelation has any meaning, it is a proclamation of something that does not originate in ourselves. Moreover, it refers to the special way in which things appear or present themselves. Revelation changes something fundamental in our experience of the world and therefore of ourselves. Will we be able to be truly human when we have successfully dispelled revelation from our culture? In our modern world, we have long brushed aside revelation. It is associated with religious fanaticism and is at odds with the scientific and democratic ways in which we try to shape our world. In modernity, the experience of revelation has given way to efficient organization and scientific certainty. Given this background, religion has become suspect and a potential threat by its reference to revelation. It upsets the order we have created. Religion thus seems to be something that needs to be conquered or suppressed. We reduce it to a flawed logic or a psychological of social phenomenon, to no more than tradition or a way of giving meaning. It is the thing that shirks modernity. This is the traumatic aspect of religion. We supplant religion as religion – that is: religion as revelation, as a disenchantment of the senses. In other words, the trauma of revelation is suppressed, and this could well be disastrous for our understanding of ourselves and of the world in which we live. Starting from a philosophical reading of the story of the sacrifice of Abraham and Isaac, Welten discusses the work of philosophers like Emmanuel Levinas and Jacques Lacan on revelation seen as a trauma. A trauma is an experience that is too big to be able to be incorporated by reason. Living through a trauma does make us stronger, however, while resisting a trauma usually only aggravates the problem. From this perspective, religion is not so much outdated, but rather a victim to suppression. |
|