 previous article in this issue | next article in this issue  |
Preview first page |
Document Details : Title: Les modes de conceptualisation du point de départ en français et en coréen Subtitle: Étude des marqueurs depuis / à partir de et -(ey)se / -pwuthe Author(s): CHOI-JONIN, Injoo , LAGAE, Véronique Journal: Bulletin de la Société de Linguistique de Paris Volume: 105 Issue: 1 Date: 2010 Pages: 85-123 DOI: 10.2143/BSL.105.1.2062495 Abstract : Cette étude contrastive entre le français et le coréen porte sur les marqueurs du point de départ temporel et spatial, et plus précisément sur la préposition depuis et la locution prépositionnelle à partir de en français et sur l’ablatif -(ey)se et l’enclitique -pwuthe, forme grammaticalisée du verbe pwuth-ta (‘adhérer’), en coréen. Elle montre que le point de départ n’est pas conceptualisé de la même manière dans les deux langues: les deux marqueurs du français, qui s’opposent par leur orientation et par leur centre d’empathie, mettent l’accent sur la position du point de départ par rapport à un point de référence, alors que ceux du coréen, mettant en jeu les composants sémantiques du mouvement, envisagent soit le point de départ soit le parcours. Cette différence peut être expliquée par les deux façons de conceptualiser le temps, à savoir les modèles égo-mobile et temps-mobile: les marqueurs du français relèvent du modèle égo-mobile alors que ceux du coréen illustrent le modèle temps-mobile. Cette étude mettra par ailleurs en évidence qu’un noyau sémantique persiste dans le processus de grammaticalisation. This paper offers a contrastive study of how the French and Korean languages express a temporal or a spatial starting point. It focuses on the French prepositions depuis and à partir de, as well as on the Korean ablative -(ey)se and the enclitic -pwuthe, a grammaticalised form of the verb pwuth-ta (‘adhere, stick’). The study demonstrates that the two languages do not conceptualise the starting point in the same way. The French markers, which differ mutually in terms of orientation and centre of empathy, emphasise the starting point’s position relative to a reference point, whereas the Korean markers consider different semantic components of a movement, either the starting point or the path. Both languages thereby illustrate the two models of conceptualisation of time, respectively the ‘moving-ego’ and the ‘moving-time’ models. It is also shown that these markers illustrate the phenomenon of persistence, i.e. the fact that some traces of the original lexical meaning persist in grammaticalised forms. Deze contrastieve studie gaat na op welke manier de Franse en de Koreaanse taal een beginpunt in tijd of ruimte uitdrukken. Meer bepaald worden de Franse voorzetsels depuis en à partir de bestudeerd, evenals de Koreaanse ablatief -(ey)se en het enclitische -pwuthe, een gegrammaticaliseerde vorm van het werkwoord pwuth-ta (‘kleven, vastzitten’). Uit de studie blijkt dat beide talen een beginpunt niet op dezelfde manier conceptualiseren. De Franse voorzetsels, die zich onderling onderscheiden wat hun oriëntatie en hun empathisch centrum betreft, benadrukken de positie van het beginpunt ten opzichte van een referentiepunt, terwijl de Koreaanse vormen eerder verschillende componenten van een beweging in beschouwing nemen, m.n. het beginpunt en het traject. Zo illustreren beide talen de twee modellen van tijdsconceptualisatie, resp. het ‘moving-ego’ en het ‘moving-time’ model. Er wordt eveneens aangetoond dat deze vormen het verschijnsel ‘persistentie’ illustreren, d.i. het feit dat sporen van de oorspronkelijke lexicale betekenis aanwezig blijven in gegrammaticaliseerde vormen. |
|
