previous article in this issue | next article in this issue |
Preview first page |
Document Details : Title: Wachten op ethiek Author(s): RAEYMAEKERS, Bart Journal: Ethische Perspectieven Volume: 3 Issue: 1 Date: maart 1993 Pages: 37-45 DOI: 10.2143/EPN.3.1.2017617 Abstract : Het spreken over ethiek is een moeilijk spreken geworden, een spreken dat zich gaandeweg van zijn eigen precair karakter bewust is geworden. Vanuit het besef dat de moraalfilosofische traditie op nogal wat kritiek stuit (wat nog een eufemisme mag heten) maar in die kritiek dan toch minstens als discussiepartner wordt erkend; vanuit het besef verder dat elk moreel spreken zich geconfronteerd weet met een pluriformiteit aan opvattingen; vanuit dit besef dus, heeft het spreken misschien meer de neiging om het zwijgen te beoefenen. De kracht van het redelijke argument acht zich niet (meer) in staat op te tornen tegen de krachten die het uitdagen of het zelfs bij voorbaat het zwijgen opleggen. Datgene wat ik hier eenvoudigheidshalve de moraalfilosofische traditie zal noemen, is zich van deze situatie bewust en hult zich in een betekenisvol zwijgen. Dit betekent niet dat er geen morele discussies zouden aan de gang zijn, dat het morele zelf wordt doodgezwegen. Integendeel, in krantekolommen (ook bij ons) worden heftige gesprekken gevoerd over bij voorbeeld het engagement van de hedendaagse student of over de toekomstverwachtingen en bestaansbeleving van de jeugd. Ook op andere terreinen is de morele discussie niet afwezig. Ik citeer, als voorbeeld, uit het artikel van een vrederechter, die zich de situatie van het verkeer aantrekt: ‘De agressieve jungle van het verkeer is mede ook daaraan te wijten dat vele lieden een dermate lage ethische drempel aanleggen dat zij zich als verkapte criminelen gedragen. Een samenleving, die zoals de onze, meer en meer verzaakt aan ethische normering, wordt criminogeen.’ De roep om ethiek klinkt wellicht luider dan voorheen. Ook in de discussie omtrent politieke vernieuwing is de vraag naar een nieuwe ethiek voor politici en burgers nooit ver weg. Nieuwe politieke structuren blijken slechts heilzaam te kunnen zijn voorzover een democratisch ethos ze schraagt en bezielt. Heel het debat uit de bio-ethische sfeer blijkt voortdurend een vraag naar ethische normering te behoeven om het nieuwe en onvermoede van de medische praktijk te oriënteren. En is ten slotte het succes van de ecologische beweging niet bij uitstek een zichtbaar teken van een wijdvertakte morele verontwaardigingdie als een motor voor een nieuwsoortig handelen en reglementeren functioneert? |
|