previous article in this issue | next article in this issue |
Preview first page |
Document Details : Title: Die nordwestdeutschen Brüder vom Gemeinsamen Leben in der zweiten Hälfte des 16. Jahrhunderts Subtitle: Zur Konfrontation mit der beginnenden katholischen Konfessionalisierung Author(s): HINZ, U. Journal: Ons Geestelijk Erf Volume: 69 Issue: 2 Date: juni 1995 Pages: 157-174 DOI: 10.2143/OGE.69.2.2003430 Abstract : De Noordwestduitse huizen van de broeders van het gemene leven werden in de tweede helft van de zestiende eeuw met de beginnende katholieke confessionalisering geconfronteerd. De vrije organisatievorm van de broeders liet zich niet verenigen met de principes van centralisering en hiërarchisering van de post-tridentijnse hervorming van het kloosterleven. De bul Lubricum vitae genus van Pius V verklaarde de vrije verenigingen zonder kloosterregel en geloften onwettig, zodat plaatselijke belangengroepen deze pauselijke constitutie tegen de broeders konden gebruiken. Met de komst van de jezuïeten in de steden keek men steeds ook naar de broederhuizen om de nieuwe orden die de katholieke reformatie en contra-reformatie doelmatiger dienden, van geschikte materiële middelen te voorzien. Daarnaast dreigden de broederhuizen gebruikt te worden voor de bisschoppelijke seminaries die gesticht werden. De broedergemeenschappen waren reeds door de reformatie verzwakt en kregen zo te maken met nog meer problemen van de kant van de voorvechters van de katholieke confessionalisering die de bezittingen van de broeders op een efficiëntere wijze in dienst van de Kerk wilden stellen. |
|